Eén van de landgoederen rond Enschede. Een boerenerf is ontwikkeld tot groene parel, met woonboerderij, theekoepel en parkaanleg.

De Helmer ligt ten zuidwesten van Enschede. Het is één van de buitens rond Enschede die door textielfabrikanten zijn aangelegd. Op het landgoed bevindt zich een drietal boerderijen, een theekoepel en een put (allen rijksmonumentaal) die zijn omringd door een beek, vijver, een kamp en bos. De totale oppervlakte is ongeveer 18 ha.

Bijzonderheden

Het landgoed is deels opengesteld en vormt door de ligging tegen de stadsrand een geliefd ommetje voor de inwoners van Enschede. Ondanks het geringe oppervlak omvat De Helmer drie rijksmonumenten: twee boerderijen en een theekoepel in de tuin. Deze theekoepel is in opdracht van de zwagers T.P Scholten en G. van Delden, schoonzonen van ds. Hendrik ter Kuile. In 1892 werd het bij de verkoop als de 'nieuwe koepel' aangeduid. De theekoepel is recent met behulp van subsidie van de provincie Overijssel gerestaureerd. In het bos zit de fundering van een V1 lanceerplatform ("Abschussrampe") in de grond. In het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog was de Duitse bezetter op De Helmer begonnen met de aanleg van een startbaan voor de lancering van deze onbemande straalvliegtuigen. Verder dan de fundering is men echter niet gekomen.

Geschiedenis

Het erf De Helmer is al eeuwenoud. In de archieven wordt het voor het eerst genoemd in 1305. De bewoner destijds heette al (Johan) Helmer. Gedurende de eeuwen wisselt de boerderij met regelmaat van eigenaar, maar steeds kende de boerderij een pachter met de naam Helmer. In 1733 werd graaf Wassenaer van Twickel als eigenaar genoemd, nadat eerder een ander adellijk geslacht, Van Coeverden, eigenaar is geweest. Later zijn de fabrikantenfamilies Hoedemaker en - via vererving - Ter Kuile eigenaar van de boerderij. De familie Ter Kuile liet in 1860 een theekoepel bouwen. Hier werd 's zomers thee gedronken en in de winter werd het gebouwtje voor de jacht gebruikt. In 1892 vond een openbare verkoop plaats van boerderij De Helmer met ruim 31 hectare. Textielfabrikant Nathan Jacob Menko was toen de koper van de twee belangrijkste percelen. Waarschijnlijk zijn grond en bomen afzonderlijk geveild, want toen De Helmer in het bezit kwam van de familie Menko was er nauwelijks een boom te bekennen. Eén van de zoons van Nathan Menko, Alfred, heeft samen met de firma Copijn de vormgeving en aanleg van tuin en park ter hand genomen. Het werd een siertuin met vele soorten bomen en een zwemvijver. In 1930 bouwde de familie Menko een nieuwe boerderij naar een ontwerp van architect Jan Jans. Deze architect staat bekend om zijn landelijke bouwkunst; hij liet zich inspireren door het traditionele Twentse hallehuistype. De oorlogsjaren waren voor het landgoed rampzalig. Het landgoed werd gevorderd en een gedeelte van het bos werd gekapt om brandhout te verkopen aan de bevolking van Enschede. De bezetter wilde op De Helmer een startbaan aanleggen voor V1 straalvliegtuigen. Verder dan de fundering is men echter niet gekomen.  De jaren erna raakte het landgoed enigszins in verval, maar sinds de jaren 1980 is hard gewerkt aan restauratie van de boerderij en - meer recent - de fraaie theekoepel.