Hoewel de kop van Overijssel er qua hoeveelheid landgoederen wat mager vanaf komt, zijn hier ook prachtige havezaten te bewonderen. Zeker in het stadje Vollenhove, waar er zelfs vier liggen. Met de Wieden& Weerribben op een steenworp afstand is het hier goed toeven.

Het stadje Vollenhove telt opvallend veel havezaten. Een aantal daarvan zijn afgebroken, maar gelukkig zijn er ook nog een aantal te bewonderen zoals Huis Oldruitenborgh en de havezate Marxveld.

 

Geschiedenis

De bouwhistorie van Plattenburg gaat ten minste terug tot de late zestiende eeuw. Een document uit 1675, waarin de naamgeving van de diverse Vollenhoofse havezaten wordt verklaard, merkt over (Oud) Plattenburg op dat het 'zo laag en plat van dak' was.

Wat daar ook van waar is, in zijn tegenwoordige staat dateert het nieuwe Plattenburg overwegend uit het begin van de 18de eeuw, toen het rechterdeel werd aangebouwd en de huidige voordeur en centrale gang hun plaats kregen.
De overdracht van de havezatestatus in 1715 vond plaats op verzoek van ritmeester Jan Sloet, die Oud Plattenburg op 24 februari 1705 had gekocht van Johan van Diest, heer van Segwart, Palesteijn en Liptz, en zijn echtgenote Amilia van Montzvelt.

De verdeling van Plattenburg na de dood van Jan Sloet in 1722 had echter nog wat voeten in de aarde. Jan was namelijk niet getrouwd, net zomin als zijn broer Arent Herman die als laatste van de twee in 1728 overleed. De Plattenburg zou daarmee vererfd worden op de kinderen van hun derde broer Coenraad Willem. Dat wil zeggen, tot aan het licht kwam dat Jan twee erkende kinderen had verwekt bij Judit Elisabeth Wernars. Na de dood van Jan, beloofde Arent Herman de erfenis in het voordeel van de kinderen van Jan af te handelen. Judit echter, deed namens de kinderen afstand van de erfenis in ruil voor enkele schuldbekentenissen.

Toen Arent Herman in 1728 overleed, liet hij Plattenburg na aan de kinderen van Coenraad Willem. Daarna hebben er nog vele generaties Sloet en later Van Ittersum op Plattenburg gewoond, tot 1837 toen het kantongerecht in de oude havezate gehuisvest werd. Vanaf 1873 werd het –overigens immers van eigenaar gewisselde- pand ook gehuurd door het waterschap. Zij hebben het pand 120 jaar lang in gebruik gehad. In 1997, na een fusie met andere waterschappen, verkocht het waterschap de havezate aan de woningstichting Brederwiede. Begin 2000 werd nog een grootscheepse restauratie uitgevoerd, waarbij niet alleen het dak werd vervangen maar ook enkele lelijke verbouwingen uit de jaren '60 teniet werden gedaan.

Toen ook de woningstichting fuseerde en gemeentelijke herindeling leidde tot een overschot aan kantoorruimte, werd besloten om Plattenburg opnieuw te verkopen.

Op 18 december 2002 kwam Plattenburg voor het eerst sinds 1863 weer in particuliere handen en werd het na 165 jaar weer in gebruik genomen als woonhuis.